SAMEN LEVEN

Hoe gaan we om met jongeren die in fake news geloven?

Waarover gaat het?

Onze samenleving wordt meer en meer geconfronteerd met fake news. Niet alleen social media dragen bij tot de verspreiding ervan, ook klassieke media en hun sites nemen valse nieuwsberichten over. Social media maken wel dat deze berichten uiterst snel verspreid worden en langer blijven rondzwerven. Iedereen, ook wij, kunnen valse berichten maken. Soms maken mensen ook valse berichten om de aandacht te trekken of om iets bij te verdienen. Daarnaast is er ook slechte propaganda en satire. Er zijn dus verschillende vormen van fake news en het wordt ook alsmaar moeilijker om te ontkrachten. Fake news is dus een verzamelnaam. De verschillende fenomenen van fake news vragen bijgevolg een andere aanpak.

Welke kaders zijn van toepassing?

Claire Wardle en Hossein Derakhshan[1] leggen in een recent onderzoek uit wat zij verstaan onder fake news. Fake news is volgens hen veel complexer dan de term laat uitschijnen. Ze spreken in hun onderzoek over informatievervuiling en bakenen drie grote categorieën af om de verschillende vormen van fake news gerichter aan te pakken.


Drie categorieën van fake news:

 

[1] Claire Wardle and Hossein Derakhshan, Information Disorder: Toward An Interdisciplinary Framework For Research And Policy Making (Council of Europe, 2017), https://rm.coe.int/information-disorder-toward-an-interdisciplinary-framework-for-researc/168076277c.

[elementor-template id="4235"]

 

We vullen dit aan met input van StampMedia[1] en baseren ons eveneens op het boekje van Brecht Decoene[2].

 

MOTIVATIE: Verder zien we ook verschillende motieven waarom mensen deze content creëren: slechte journalistiek, om te parodiëren, om te provoceren, uit overtuiging, uit partijgeest, uit winstbejag, politieke invloed en propaganda. Wanneer je deze motieven naast de verschillende vormen van fake news legt, dan kan je bepaalde patronen herkennen en zie je dat verschillende vormen voor specifieke doeleinden gebruikt worden.

 

VERSPREIDING: Fake news, foute informatie wordt op verschillende manieren verspreid. Soms worden berichten gedeeld via sociale media. Ook journalisten verspreiden soms onbewust foute berichten omdat ze onder druk staan om zo snel mogelijk een volledig verslag te brengen. Tot slot zijn er ook bepaalde mensen die de publieke opinie proberen te beïnvloeden, dit noemen we trolling.

 

[1] StampMedia, “FAKE NEWS EN COMPLOTTHEORIEËN,” StampMedia, May 18, 2020, https://www.stampmedia.be/node/11605.

[2] Brecht Decoene, Achterdocht Tussen Feit En Fictie Kritisch Omgaan Met Complottheorieën (Brussel: Brussel Vubpress, 2016).

Hoe pedagogisch-didactisch aanpakken?

We dienen onze jongeren ervan bewust te maken dat de virtuele wereld meer en meer een reëele wereld wordt en dat het door de omvang en de impact van sociale media in de toekomst heel moeilijk zal worden te zien wat écht is, wat gemanipuleerd is en wat niet? Daarom is het belangrijk fake news te rapporteren, ook dit dienen onze jongeren te weten!

 

1. DRIE BELANGRIJKE VRAGEN[1]

 

→ Wie creëerde en verspreidde de informatie (iemand via sociale media, journalist, trol …)? En wat was hun doel (slechte journalistiek, parodie, provoceren, uit overtuiging, om geld te verdienen, politiek, propaganda ...)?

→ Welke type boodschap wordt gebruikt, in welk format en met welke eigenschappen?

→ Wie zijn de ontvangers van de boodschap, hoe interpreteerden ze dit en hoe reageerden ze erop?

 

2. BRONNEN CONTROLEREN


Onthoud alvast deze gouden regel: denk kritisch na en verzamel informatie van verschillende bronnen om voldoende geïnformeerd te zijn.

De affiche ‘Betrouwbare informatie of fake’[2] van Mediawijs en Stampmedia somt 10 eenvoudige stappen op om nieuwsberichten te analyseren en om  foutieve berichten van echte berichten te onderscheiden.

[elementor-template id="4238"]

3. BEELDMATERIAAL CONTROLEREN

Beeldmateriaal wordt vaak gebruikt om aan te tonen of een bericht echt is of niet. Maar het is niet omdat er beeldmateriaal gebruikt wordt dat iets waar is. Bij misleidende berichten wordt vaak gebruik gemaakt van beeldmateriaal zoals foto’s en video’s die bewerkt zijn. Op het eerste zicht lijken deze beelden objectief. Maar is het wel zo? Soms worden afbeeldingen gebruikt die al eens ergens anders verschenen zijn in een gelijkaardige context. Of vaak worden videofragmenten bewerkt door bepaalde delen weg te laten. Het is dus belangrijk om naast de tekst ook beeldmateriaal kritisch te analyseren76F[4].

[1] Claire Wardle and Hossein Derakhshan, Information Disorder

[2] Mediawijs, “Affiche: Betrouwbare Info of Toch Fake?,” Mediawijs - Vlaams Kenniscentrum Mediawijsheid, October 10, 2017, https://mediawijs.be/tools/affiche-betrouwbare-info-of-toch-fake.

[3] StampMedia, “FAKE NEWS EN COMPLOTTHEORIEËN”

[4] StampMedia, “FAKE NEWS EN COMPLOTTHEORIEËN”

Wat zeggen de RAN-expert en de diversiteitsexperts van CEAPIRE?

Beeldmateriaal controleren, hoe doe je dat precies?  

 

  • Via Google images[1] of tineye.com kan je bijvoorbeeld nagaan of foto’s bewerkt zijn en wat de originele bron is.
  • First Draft News ontwikkelde een handige tool om je eigen kennis te testen: “Test your verification skills with our Observation Challenge[2]. De tool bestaat uit verschillende afbeeldingen waarbij je moet nagaan in welk land de foto genomen is. De tool leert je op een bepaalde manier naar foto’s kijken.
  • Mediawijs ontwikkelde samen met VIAA een interactieve tool[3] om kritisch met video’s in de klas aan te slag te gaan.

 

Wanneer je met beeldmateriaal aan de slag gaat, stel je best volgende vragen[4]:

 

  1. Wat zie je? Of wat hoor je? Is er misschien iets bijzonders te zien of te horen op de achtergrond?
  2. Daarna komt de ‘wie’ vraag! Weet je wie het beeldmateriaal heeft gemaakt? Is het een betrouwbare bron? En ‘voor wie’ is dit bedoeld? Op welke manier houdt de maker rekening met het doelpubliek?
  3. Waar zijn de beelden gemaakt? Zou je de beelden anders bekijken wanneer ze in een ander land gemaakt zijn?
  4. Wanneer zijn de beelden gemaakt? Beelden van 50 jaar geleden kan je best in die tijdsgeest situeren. Maar ook de actualiteit of trends bepalen vaak de bril waardoor een maker kijkt.
  5. Hoe wordt iets in beeld gebracht ? Dit bepaalt mee de boodschap. Op welke manier wordt een mening of een bevolkingsgroep in beeld gebracht? Welk format gebruikt de maker? Werden de beelden gemonteerd in functie van het verhaal? Of werden de beelden achteraf bewerkt? En welk effect heeft dit?
  6. Alle vragen komen samen in de ‘waarom’ vraag? Want elk beeld is het resultaat van keuzes. Wat is de intentie van de maker? Waarom gebruikt de maker een bepaald format of een bepaalde techniek? En welke boodschap wil de maker hiermee overbrengen aan de kijker? Door deze vragen te stellen, kom je te weten wat er allemaal schuilgaat in een beeld.

 

TIP

Wil je meer weten over beelden in het nieuws? Neem dan zeker eens een kijkje in het pakket 'Beelden in het nieuws' op www.nieuwsindeklas.be of www.lerenmetbeelden.be. Ook VRT ontwikkelde een website[5] waarmee je kan controleren of de informatie die je op het internet hebt gevonden wel klopt.

Het schema van multiperspectiviteit van Patist en Wansink[6], besproken op de RAN-meeting Covid-19 narratives that polarise[7] van 10 december verklaart waarom iemand in fake news gelooft en hoe je hem/haar kan helpen om de dingen vanuit een ander perspectief te bekijken.

 

 

[1] www.google.com

[2] First Draft, “First Draft,” First Draft, accessed December 16, 2020, https://firstdraftnews.org/en/education/curriculum-resource/2-assessment-observation/.

[3] Mediawijs -  Vlaams Kenniscentrum Mediawijsheid, “Educatief Pakket: Beelden in Het Nieuws,” Mediawijs - Vlaams Kenniscentrum Mediawijsheid, June 22, 2017, https://mediawijs.be/tools/educatief-pakket-beelden-nieuws.

[4] Mediawijs -  Vlaams Kenniscentrum Mediawijsheid, “Educatief Pakket: Beelden in Het Nieuws”

[5] https://factcheck.vlaanderen/

[6] Jaap Patist and Bjorn Wansink, “Lesgeven over Gevoelige Onderwerpen: Het Aangaan van Een Moeilijk Gesprek in de Klas,” Kleio 4 (2017): 44–47.

[7] RAN: Radicalisation Awareness Network, “COVID-19 Narratives That Polarise” (RAN: Radicalisation Awareness Network, December 2020), https://ec.europa.eu/home-affairs/sites/homeaffairs/files/what-we-do/networks/radicalisation_awareness_network/about-ran/ran-c-and-n/docs/ran_paper_covid-19_stories_that_polarise_20201112_en.pdf.

europe logo white

THE E-LEARNING TOOL

EUROGUIDE EU flag

This project is co-funded by the Internal Security Fund of the European Union – GA N° 871038