GENDER

Het identificeren van vroege alarmsignalen van genderextremisme

Dit eerste deel is bedoeld om leraren te helpen begrijpen of er een probleem is of niet – is dit extremistisch gedrag of zou het dat kunnen zijn? Moet ik het in de gaten blijven houden of niet? Het schetst de belangrijkste vragen die onder andere leraren, beleidsmakers, onderwijsdeskundigen, journalisten en mentoren, aan de orde stelden met betrekking tot het identificeren van extreme opvattingen over genderhiërarchieën en -ongelijkheden en wat daarbij en vroegtijdige alarmsignalen kunnen zijn.

Wat zijn verschillende soorten radicalisering en polarisering die worden gedefinieerd door genderonderdrukking en -dominantie?

INCEL of “Involuntary Celibates” voor mannen / vrouwelijke INCELS of FEMCELs voor vrouwen.
Vrouw-hatende groepen gericht op mannelijke dominantie.
Seksistische, haat zaaiende speech (on- en offline)
Blanke suprematistische groepen die strikte geloofsovertuigingen over voortplanting en genderrollen hebben.
Salafistische islamitische groepen hebben strikte geloofsovertuigingen ten aanzien van voortplanting en genderrollen.

Deze lijst geeft slechts enkele voorbeelden van extremisme met betrekking tot gender.

Wat zijn vroege alarmsignalen voor wanneer de overtuigingen en ideeën van leerlingen over zichzelf en anderen extremistisch of radicaal worden? Hoe identificeer ik, en wat zijn verschillende kenmerken van radicaal of extremistisch gedrag, dat een bedreiging vormt voor diversiteit en inclusie?

Plotselinge gedragsveranderingen in de klas

Voor jongens: de weigering om handen te schudden met vrouwelijke leerkrachten.
Voor jongens: het vermijden van contact met vrouwelijke leerlingen/klasgenoten.
Voor jongens: fysieke agressie tegen vrouwelijke leerlingen en leerkrachten.
Tijdens een klassendiscussie stellen dat homoseksuelen gedood moeten worden of dat homoseksuelen naar de hel zullen gaan.
In groepsdiscussies de overtuiging uiten dat vrouwen inferieur zijn aan mannen, dat zij verlangen om gedomineerd en gecontroleerd te worden, of dat zij met bepaald gedrag geweld tegen hen uitlokken en rechtvaardigen.
In de klas overtuigingen uiten over de zuiverheid van vrouwen of stellen dat vrouwen verkracht of anders fysiek gestraft moeten worden als ze zich niet kleden of handelen in overeenstemming met bepaalde culturele normen.
Het gebruik van misogynistische, seksistische haatzaaiende taal gericht op leraren of andere leerlingen.
Voor meisjes: plotseling een niqab of hijab aantrekken

Online gedragsveranderingen

Voor meisjes: een online dubbelleven leiden. Bijvoorbeeld: twee aparte Facebook-accounts. De ene vroom of diepreligieus en de andere seculier, liberaal of westers en in overeenstemming normaal gedrag van die leeftijdsgroep.
Voor meisjes: zoeken naar of het starten van ‘zustergroepen’, zowel online als offline.
Voor meisjes: romantisch verlangen naar ‘Ridder op een wit paard’-achtige toekomstige echtgenoten.
Actief zijn op INCEL-platforms of internetfora van extremistische groeperingen met opvattingen over gender op basis van onderdrukking en dominantie.

THE E-LEARNING TOOL

This project is co-funded by the Internal Security Fund of the European Union – GA N° 871038