Dit tweede deel heeft als doel leerkrachten te helpen bij het omgaan met maatschappelijke en ideologisch extremisme, zodra deze situatie is vastgesteld. Hieronder worden scenario’s of situaties van extremisme geschetst die onder andere door leerkrachten, beleidsmakers, onderwijsdeskundigen, journalisten en adviseurs aan de orde zijn gesteld, gevolgd door de belangrijkste obstakels en aanbevelingen.
Sinds 2000 worden er meer en meer incidenten van antisemitisme en islamofobie geregistreerd. Decennialang werd rechts-extremisme in Nederland gekenmerkt door een neonazistische, fascistische en antisemitische ideologie. Bestaande groepen waren klein en hadden over het algemeen weinig invloed. Dit beeld is de afgelopen jaren veranderd. Andere vormen van rechts-extremisme hebben de traditionele neonazi’s vervangen, hoewel deze aanwezig zijn in de marges van de samenleving. Dit betekent overigens niet dat de neonazistische ideologie volledig is verdwenen. Rechts-extremisme is een mengeling van verschillende oude en nieuwe ideologieën. De belangrijkste nieuwe ideologische variant die de afgelopen jaren in opkwam, is anti-islamisme of islamofobie gecombineerd met antisemitisme.[1] Hierdoor nemen, ook op Nederlandse scholen, incidenten van antisemitisme en islamofobie toe.
[1] AIVD, Jaarverslag 2020
THE E-LEARNING TOOL
This project is co-funded by the Internal Security Fund of the European Union – GA N° 871038